Mededelingsnotitie milieueffectrapportage nieuw opslaggebouw COVRA ter inzage

Vanaf 18 maart 2021 tot en met 28 april 2021 ligt de mededelingsnotitie milieueffectrapportage (m.e.r.) voor de bouw van een nieuw multifunctioneel opslaggebouw voor laag- en middelradioactief afval (MOG) bij de Centrale Organisatie voor Radioactief Afval (COVRA) te Nieuwdorp ter inzage. Iedereen kan gedurende deze periode zienswijzen indienen over het voornemen in de mededelingsnotitie om dit opslaggebouw te bouwen.

COVRA heeft als enig bedrijf in Nederland een vergunning om radioactief afval te verzamelen, te verwerken en op te slaan. Het nieuwe opslaggebouw dat COVRA wil bouwen is bedoeld voor onder meer het ‘historisch afval’, dat nu nog ligt opgeslagen op het terrein van NRG in Petten, en toekomstig ontmantelingsafval van verschillende nucleaire installaties. Het gebouw biedt daarnaast potentieel ook ruimte aan afval afkomstig van een nog te realiseren plasma-oven bij COVRA, die gebruikt zal worden voor verdere verwerking van een deel van het afval.

Vergunning

De ANVS ontving op 5 maart 2021 een mededelingsnotitie m.e.r. van COVRA. In de mededelingsnotitie m.e.r. informeert COVRA de ANVS over haar plannen voor het nieuwe opslaggebouw. Hiervoor is een vergunning nodig op grond van de Kernenergiewet (artikelen 15 en 29). Deze vergunning moeten worden aangevraagd bij de ANVS. Op dit moment is nog niet bekend of voor het bouwen van een nieuw opslaggebouw een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming nodig is en of een passende beoordeling moet worden gemaakt in verband met mogelijke gevolgen voor een Natura 2000-gebied, volgens artikel 2.8 van de Wet natuurbescherming. Het bevoegde gezag om dit te bepalen is het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland.

Milieueffectrapport

Voor de vergunning op grond van de Kernenergiewet voor het opslaggebouw moet COVRA een milieueffectrapport (MER) maken. Een MER is een rapport waarin alle milieugevolgen van de voorgenomen activiteit en een aantal alternatieven systematisch en objectief worden beschreven. Het doel van het MER is om ervoor te zorgen dat het milieu een volwaardige plaats krijgt in de besluitvorming over de vergunning op grond van de Kernenergiewet.

Procedure

De m.e.r.-procedure start met de kennisgeving van de mededelingsnotitie m.e.r. en kent vijf stappen:
1. COVRA dient een mededelingsnotitie m.e.r. in.
2. Iedereen kan zijn of haar mening geven over het voornemen van COVRA in de mededelingsnotitie m.e.r.
3. De Commissie m.e.r. geeft advies aan de ANVS over de reikwijdte en het detailniveau voor het MER. In dit advies worden ook de reacties op de mededelingsnotitie m.e.r. meegenomen.
4. De ANVS stelt een Advies reikwijdte en detailniveau op en stuurt dat naar COVRA.
5. COVRA stelt op basis van het Advies reikwijdte en detailniveau een MER op.

De ANVS neemt tijdens de m.e.r.-procedure geen besluit over de vergunning op grond van de Kernenergiewet. Dat gebeurt pas nadat COVRA het MER heeft afgerond en dit samen met een vergunningaanvraag heeft ingediend. In het vergunningbesluit beslist de ANVS of COVRA toestemming krijgt voor het opslaggebouw. Ook tijdens de vergunningprocedure wordt iedereen in de gelegenheid gesteld om in te spreken op de ontwerpvergunning en op het MER.

Op dit moment bevinden we ons bij stap 2: u kunt uw mening geven over de mededelingsnotitie m.e.r.

Meer informatie

De mededelingsnotitie m.e.r. vind u op deze website. Meer informatie over waar u deze kunt inzien en hoe u daarop kunt inspreken vindt u in de kennisgeving op de website van de Staatscourant.